Marslanden-Enexislocatie, Zwolle

De Enexis-locatie in Zwolle beslaat het grootste deel van het bedrijventerrein Marslanden A en het sportterrein/groengebied tussen het Almelose kanaal en het voormalige koelwaterkanaal ten noorden hiervan. Het stedenbouwkundig plan is tot stand gekomen in samenwerking met Enexis en de gemeente Zwolle en vormt een vervolg op de ontwikkelingsvisie voor de Nooterhof en de Marslanden A. Deze duurzame ontwikkelingsvisie is verder uitgewerkt in een stedenbouwkundig plan voor een duurzaam en natuurinclusief bedrijventerrein en vertaald in beeldkwaliteitsuitgangspunten voor de architectuur en de terreininrichting.

De basis voor de natuurinclusieve herontwikkeling van het terrein vormt een ecologische (verbindings)zone, die wordt aangelegd langs het Almelose kanaal (en de spoorlijn) en die een verbinding maakt tussen het Wezenlandenpark/Nooterhof en het recreatielandschap Herfte/Wythmen. De aanwezige groene kwaliteit op de locatie blijft gehandhaafd en wordt waar nodig versterkt. Het gehele bedrijventerrein Marslanden A* wordt getransformeerd tot een bedrijvenpark met een parkachtig karakter met minimaal 40% openbaar groen. De groene parkachtige omgeving is bepalend voor de identiteit en karakter van de toekomstige bedrijfsbebouwing. Vanaf de Nooterhof-locatie tot aan de spoorlijn is er sprake van een gebiedszonering met een toenemende bebouwingsintensiteit en FSI.

Natuurinclusief bedrijventerrein
In nauw overleg met de stadsecoloog van de gemeente Zwolle is de inrichting voor de ecozone bepaald. Voor ogen staat de ontwikkeling van (landschappelijke) struweel- en mantelvegetaties. Deze bieden foerageer- en broedmogelijkheden (diverse vogelsoorten), dekking voor kleine zoogdieren en begeleiding van een vliegroute voor vleermuizen. Door het creëren van reliëf (plaatselijk verlagen van het maaiveld t.p.v. open plekken) ontstaan gradiënten, waarop zich een natuurlijke zoomvegetatie kan ontwikkelen. Het incidenteel toepassen van een boom of boomgroep biedt variatie in hoogte. Hierbij worden inheemse soorten toegepast.

Aansluitend wordt het Campusterrein parkachtig ingericht met meer verfijnde beplanting met een accent op nectarplanten en bloemrijk gras. Met name insecten, die hierdoor worden aangetrokken, zijn goed voor de vogelstand. Door bij de gebouwen voorzieningen, zoals nestkasten en/of dak- en gevelbegroeiing aan te brengen, kan een optimale ‘natuurinclusieve’ gebiedsontwikkeling ontstaan.

Profielen & beeldkwaliteit
De groene natuurinclusieve terreininrichting vormt de basis voor de uitstraling en sfeer van het bedrijvenpark. Om het parkachtige karakter te waarborgen is in de profielen van de centrale ontsluitingsweg een maximale bebouwingsrooilijn aangegeven. De eigen bedrijfskavel (aan deze zijde) wordt op een vergelijkbare wijze ingericht als de aangrenzende terreininrichting (bloemrijk gras met heesters). In het stedenbouwkundig plan worden 4 bebouwingsclusters onderscheiden, namelijk de Enexis campus, bedrijvenpark B, C en D. Deze clusters verschillen onderling in programma en ruimtelijke context, die elk een eigen kenmerken hebben ten aanzien van de beeldkwaliteit. Daarbij sluit de architectuur aan bij de groene context van elk deelgebied en versterkt het parkachtige karakter van het gehele bedrijventerrein. De bebouwing op de bedrijfskavels wordt alzijdig ontwikkeld met een oriëntatie op de centrale ontsluitingsroute (entreezijde en toegang bedrijfskavel). Dit betekent dat de bebouwing geen duidelijke achterzijde of volledig gesloten gevels heeft. Door de alzijdige ontwikkeling van de architectuur is de bebouwing naar buiten gericht en tevens georiënteerd op de Marsweg en de ecologische zone. De inrichting van de ecologische zone biedt op verschillende plekken zichtlijnen op de bebouwing.

Contact opnemen